‘Moet ik er iets van zeggen?’ Ik kijk Simone aan. ‘Dit is nu al de zoveelste keer dat ze Judith negeert. Ze laat haar nooit uitpraten.’
Simone haalt haar schouders op. ‘Je weet hoe ze is. Ze presteerde het vanochtend ook om haar in huilen te laten uitbarsten, het arme kind.’
‘Alweer? Och jee, straks meldt Judith zich ziek. En dan begrijp ik het ook nog. Vorige week kreeg ze een dossier naar haar hoofd.’
Ik zucht. Wat nu? Onze collega pest onze secretaresse. Ze maakt haar ziek met haar getreiter.
Wat is situatieve arbeidsongeschiktheid?
Judith meldt zich inderdaad de volgende dag ziek. Als goed werkgever bel ik haar meteen. Ze kan niet ophouden met huilen, vertelt ze, zelfs niet in de Albert Heijn. En ja, toen ze dat dossier naar d’r hoofd kreeg, dat was de druppel. Hoe lang ze ziek blijft, weet ze niet.
De volgende dag schakel ik de bedrijfsarts in. Zelf stel ik de diagnose: situatieve arbeidsongeschiktheid. De bedrijfsarts bevestigt mijn vermoeden.
Judith heeft geen medische beperkingen van fysieke of psychische aard. Toch is ze niet in staat om te werken. Situatieve arbeidsongeschiktheid is vaak aan de orde als er sprake is van een verstoorde arbeidsrelatie.
Ben je verplicht loon door te betalen?
Judith is dus niet echt ziek, tenminste niet ziek zoals het in de wet staat. Moet ik haar loon dan wel doorbetalen? Deze twee wetsartikelen zijn relevant:
Artikel 7:628 BW
Judith houdt het recht op haar salaris als ze haar werkzaamheden niet kan uitvoeren door een oorzaak die in redelijkheid voor rekening van haar werkgever komt. Alleen wanneer ik kan aantonen dat ik er niets aan kan doen dat ze niet komt werken, kan ik haar loon inhouden.
Artikel 7:629 BW
Als vast staat dat Judith wel ziek is én als er geen uitsluitingsgrond is, ben ik verplicht in ieder geval 70% van het loon door te betalen.
Ik kan er niet omheen: Judith is ziek door toedoen van mijn collega. De verstoorde arbeidsrelatie is dus te wijten aan haar werkgever. Ik betaal haar salaris door op basis van artikel 7:628 BW.
Hoe los je het op?
Ondertussen is het belangrijk om aan een oplossing te werken. De bedrijfsarts stelt voor dat Judith op korte termijn snel met mijn collega om tafel gaat om de lucht te klaren, eventueel onder begeleiding van een neutrale derde. Judith vindt het spannend. Daarom schakelen we een mediator in die de gesprekken begeleidt.
Het lijkt wel een toneelstuk
Na het eerste gesprek is de oplossing nog lang niet in zicht. Ik schuif aan bij een volgend gesprek. Judith denkt dat ze ontslagen wordt en dat het mediation-traject een toneelstuk is om haar ontslag voor elkaar te krijgen. Ze weigert verdere mediation. Judith meldt zich weer ziek, dit keer ook met klachten aan haar rug.
De huisarts van Judith zegt dat ze ziek is
Maar wat de huisarts van Judith zegt, doet er niet toe. Op de werkvloer is de bedrijfsarts degene die oordeelt over de vraag of iemand arbeidsongeschikt is. Ik bel dus weer met de bedrijfsarts en laat haar naar zijn spreekuur gaan.
En Judith?
Judith kan niet achterover gaan leunen en afwachten. Ze moet alle medewerking verlenen aan inspanningen die erop gericht zijn om de oorzaken van de situatieve arbeidsongeschiktheid weg te nemen. Dat is wat de Hoge Raad bepaalde in 2008 en dat criterium is nog steeds relevant.
Judith is weer op de werkvloer
Met Judith is het goed gekomen. Na een periode van rust en een paar goede gesprekken, is ze weer met plezier aan het werk. Wat ook helpt, is dat mijn collega inziet dat ze haar problemen thuis moet laten en niet moet botvieren op Judith. Wat Simone en mij eerder niet lukte, is de mediator wel gelukt: tot haar doordringen. Onze collega is gestopt met het pesten van Judith.
En nu?
Heb je een werknemer die zich ziek meldt met werkgerelateerde klachten? Neem hem serieus, maar schakel ook een goede bedrijfsarts in die door vage situaties heen prikt, en die partijen op het goede spoor zet. Of je schakelt de reversecoach in.
Meer lezen over hoe je omgaat met je zieke werknemer? Download hier gratis het E-book inclusief praktische tips.